Raadsleden nemen beslissingen over belangrijke zaken in de gemeente, of het nu gaat over inkomsten en uitgaven, zorg, onderwijs, woningbouw of voorzieningen. Daarnaast controleren ze of het college van burgemeester en wethouders (college van B&W) het beleid goed uitvoert.
In dit overzicht kan je vinden welke rechten en welke instrumenten de gemeenteraad kan inzetten om hun taken uit te voeren.
Rechten
Raadsleden hebben een controlerende, kaderstellende en volksvertegenwoordigende taak. Om te zorgen dat de gemeenteraad deze taken goed uit kan voeren, zijn er in de Gemeentewet de volgende rechten vastgelegd:
Budgetrecht (art. 189 t/m 211, Gemeentewet)
De raad stelt inkomsten en uitgaven op de begroting beschikbaar. Verder ziet de raad erop toe dat de begroting structureel en reëel in evenwicht is. Ook stelt de raad de jaarrekening en het jaarverslag vast. De raad kan via het budgetrecht sturen op beleid en financiële kaders.
Dat gaat als volgt: jaarlijks biedt het college de ontwerp-begroting aan. Het is vervolgens aan de raad om de bedragen aan het college beschikbaar te stellen op de begroting voor alle taken en activiteiten. Ook stelt de raad vast welke financiële middelen ze daarvoor kan aanwenden.
Initiatiefrecht (art. 147a, Gemeentewet)
Raadsleden kunnen zelf voorstellen voor beleid of verordeningen indienen.
Indienen van amendementen (art. 147b, Gemeenwet)
Met amendementen kunnen raadsleden tijdens vergaderingen wijzigingen voorstellen op voorgestelde besluiten.
Indienen van moties (art. 31, RvO)
Met moties kunnen raadsleden over een onderwerp een oordeel, wens of verzoek uitspreken. De raad kan met moties ook het college tot actie aanzetten. Let op: moties zijn geen wettelijke uitspraak en staan niet in de Gemeentewet. Het zijn instrumenten die in het reglement van orde staan. Het college mag moties ‘naast zich neerleggen’ (m.u.v. motie van wantrouwen).
Recht van interpellatie (art. 155, lid 2, Gemeentewet)
Raadsleden hebben het recht om een verzoek in te dienen om het college te bevragen over een onderwerp dat niet op de agenda van de raadsvergadering staat.
Vragenrecht (art. 155, lid 1, Gemeentewet)
Raadsleden hebben het recht om aan het college mondelinge of schriftelijke vragen te stellen.
Inlichtingenplicht van het college (art. 169, Gemeentewet)
Het college is over het bestuur verantwoording verschuldigd aan de raad. Het college moet in principe dus op verzoek van een raadslid én uit zichzelf alle inlichtingen verstrekken die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft.
Recht van onderzoek (art. 155a, Gemeentewet)
De raad kan een onderzoek instellen naar het door het college gevoerde bestuur. De raad kan dat op verschillende wijzen doen. De raad stelt hiervoor een onderzoekscommissie in die hoorzittingen kan organiseren.
Recht op individuele ambtelijke bijstand (art. 33, Gemeentewet)
Elke raad en elk raadslid heeft recht op ambtelijke bijstand. Bovendien is er een recht op fractieondersteuning.
De gemeenteraad werkt deze rechten uit in een verordening.
Instrumenten
Raadsleden vertegenwoordigen inwoners uit alle kernen in de gemeenten. Om hun kaderstellende, controlerende en volksvertegenwoordigende rol te kunnen pakken, hebben zij een aantal instrumenten tot hun beschikking. Deze instrumenten kunnen raadsleden inzetten om informatie in te winnen of beleid (bij) te sturen.
Vragen en inlichtingen
Schriftelijke vragen (art. 35 RvO)
Doel
verduidelijking van zaken, verzoek om feiten en vraag om waardeoordeel van het college.
Wat
vragen voorzien van een toelichting. Het college moet binnen 30 werkdagen / 6 weken antwoord geven.
Hoe
dien schriftelijke vragen aan het college in bij de griffie.
Het zijn vragen die doorgaans niet spoedeisend zijn.
Na beantwoording kan de vragensteller in de eerstvolgende commissievergadering inlichtingen vragen over het antwoord van het college.
Vragenhalfuurtje
Doel
verduidelijking van zaken, verzoek om feiten en vraag om waardeoordeel van het college over actuele zaken.
Wat
spoedeisende vragen in de vergadering die gemotiveerd spoedeisend zijn. Het college beantwoordt deze vragen in de vergadering. De vragensteller kan aanvullende vragen stellen n.a.v. het antwoord.
Hoe
raadsleden kunnen vragen voor het vragenhalfuurtje tot maximaal 2 werkdagen van tevoren schriftelijk indienen bij de griffie.
Individuele raadsvragen (art. 36 RvO)
Doel
verduidelijking van zaken, verzoek om feiten.
Wat
vragen van een individueel raadslid om feiten en verduidelijking over zaken te krijgen.
Hoe
dien bij de griffie vragen in met een korte toelichting.
De individuele raadsvragen worden uitgezet in de ambtelijke organisatie.
Binnen 10 werkdagen komt hier antwoord op.
De vragen en de beantwoording worden digitaal beschikbaar gesteld.
Technische vragen (art. 36 RvO)
Doel
verduidelijking van zaken en/of verzoek om feiten over een onderwerp op de agenda van de raads- of commissievergadering.
Wat
vragen die bedoeld zijn om inhoudelijk, zonder politieke insteek, op een raadsvoorstel in te gaan.
Hoe
dien bij de griffie vragen in. De termijn hiervoor is tot 5 werkdagen voor een commissie of raadsvergadering. De technische vragen worden uitgezet in de ambtelijke organisatie. Binnen 2 werkdagen komt hier antwoord op.
De vragen en de beantwoording worden toegevoegd bij het bijbehorende agendapunt in iBabs.
Verzoek tot inlichtingen (art. 36 RvO, art. 169 lid 3 en art. 180 lid 3 Gemeentewet)
Doel
de raad krijgt inlichtingen over een bepaald onderwerp.
Wat
collegeleden verstrekken mondeling of schriftelijk gevraagde inlichtingen.
Hoe
raadsleden dienen een verzoek tot inlichtingen in bij de griffie.
Raadsleden worden zo spoedig mogelijk op de hoogte gebracht van dit verzoek. Het college verstrekt binnen 10 werkdagen de inlichtingen aan de raad.
Interpellatie (art. 34 RvO)
Doel
college(leden) bevragen over een politiek gevoelig onderwerp dat niet is geagendeerd bij een raadsvergadering.
Wat
zwaarwegend instrument. Met een interpellatiedebat kunnen raadsleden het college bevragen. Tijdens het interpellatiedebat kunnen moties worden ingediend, wat bij een vragenronde niet kan.
Hoe
dien het verzoek schriftelijk in bij de voorzitter. Het verzoek bevat in ieder geval de te stellen vragen. De voorzitter zal het college en de overige raadsleden op de hoogte brengen van het verzoek.
Verzoeken kunnen tot 48 uur voor een raadsvergadering worden ingediend.
Raadsleden kunnen dan stemmen over of de interpellatie.
Wil je een interpellatie aanvragen? Neem contact op met de griffie.
Agenderen en orde van de vergadering
Vaststellen van de agenda (art. 10 RvO, Verordening op de Raadscommissies art. 3, 8, 12, 18)
Doel
onderwerpen op de agenda plaatsen of van de agenda halen. De raad kan ook volgorde van de agenda bepalen.
Wat
de raad besluit of onderwerpen hamer- of bespreekstukken zijn op de raadsvergadering, kan ingekomen stukken als bespreekstuk agenderen en een wijzigingsverzoek voor de agenda indienen bij de griffie.
Hoe
de commissievoorzitters besluiten tijdens het overleg van de commissievoorzitters met de griffie over de volgorde van de agenda.
Tijdens de commissievergaderingen stelt de raad vast of raadsvoorstellen als A-, B- of C-stuk worden behandeld tijdens de raadsvergadering.
Voorstel van orde (art. 16 RvO)
Doel
het veranderen van het verloop van de vergadering.
Wat
een mondeling voorstel over de orde van de vergadering.
Hoe
raadsleden dienen bij de voorzitter mondeling een ordevoorstel in.
De raad beslist er over of het voorstel wordt aangenomen.
Uitspraken of besluiten over beleid
Amendement (art. 30 RvO)
Doel
wijzigen van besluit en/of voorgelegde verordening, plan en/of beleidsnota.
Vb.: Doorontwikkeling Toeristisch Fonds Moerdijk
Wat
een direct wijzigingsvoorstel, ingediend bij de voorzitter.
Over amendementen beslist de raad bij meerderheid van stemmen.
Hoe
dien het amendent mondeling of schriftelijk bij de voorzitter in.
Het aanpassingsvoorstel moet letterlijk overgenomen kunnen worden in een besluit. Een amendement bevat meestal constateringen, overwegingen en een besluit.
Wil je een amendement indienen? Neem contact op met de griffie.
Motie (art. 31 RvO)
Doel
gevoelens uitspreken over een onderwerp (zoals de drie bekende moties: motie van treurnis, motie van afkeuring of motie van wantrouwen) of een opdracht geven aan het college. Vb.: Motie Opnieuw beoordelen vergunning Schuurfeest
Wat
een opdracht of uiting van gevoelens over een onderwerp. Dit onderwerp kan wel of geen betrekking hebben op een agendapunt. Over moties beslist de raad bij meerderheid van stemmen.
Hoe
dien de motie schriftelijk bij de voorzitter in. Een motie bevat meestal constateringen, overwegingen en een dictum (verzoek, oproep of uitspraak). Wil je een motie indienen? Neem contact op met de griffie.
Initiatiefvoorstel (art. 32 RvO)
Doel
een eigen voorstel op de agenda plaatsen en daar een besluit over vragen.
Wat
een compleet voorstel dat rijp is voor besluitvorming.
Hoe
neem contact op met de griffie hierover. Via de griffie kan je externe en/of ambtelijke bijstand krijgen om het initiatiefvoorstel te maken.
Als het voorstel rijp is dien je het voorstel schriftelijk in bij de voorzitter.
Het college kan binnen 20 werkdagen schriftelijke wensen en bedenkingen over het voorstel ter kennis van de raad brengen. Het initiatiefvoorstel wordt na de termijn van 20 werkdagen of een uitspraak van het college, geagendeerd op de agenda van de volgende raadsvergadering.
Ondersteuning
Verzoek om ambtelijke bijstand (art. 33 Gemeentewet)
Doel
uitzoeken van informatie / feiten, ondersteuning bij toepassing instrumenten.
Wat
onderbouwd schrifteliijk verzoek om ambtelijke bijstand of ondersteuning.
Hoe
dien een verzoek in bij de griffie, waarin ook het tijdsbeslag en gewenste deskundigheid is onderbouwd. De raad beslist over het verzoek.